Op vraag van het RIZIV verzamelde we het IMA de gegevens van het aantal klassieke opnames per week tussen 6 januari 2020 en 26 juni 2022. Deze aantallen vergeleken we met de weekgegevens voor dezelfde periode in 2019. Op die manier was er snel een indicator om de impact van COVID-19 op de klassieke ziekenhuisopnames (zonder dagopnames en opnames in psychiatrische ziekenhuizen) te evalueren.

In maart 2020 vroeg de overheid aan de ziekenhuizen om vanaf 14 maart alle niet-dringende consultaties, onderzoeken en ingrepen op te schorten voor onbepaalde duur. Het aantal opnames daalde de daaropvolgende weken tot ongeveer 20.000 per week, vergeleken met ongeveer 35.000 per week in 2019.Uitzondering op deze sterke daling was de activiteit op de materniteit, waar deze daling kleiner was. Deze statistieken geven geen informatie omtrent de duurtijd van de opnames, noch omtrent de werkdruk voor het verzorgend en medisch personeel.

Vanaf 4 mei 2020 was een geleidelijke heropstart van de normale ziekenhuisactiviteiten weer mogelijk, hetgeen opnieuw vast te stellen is in de stijgende aantallen tijdens die week en de daaropvolgende weken.
Vervolgens werden opeenvolgende maatregelen opgelegd aan de ziekenhuizen in functie van de evolutie van de pandemie, met een wisselend impact op de ziekenhuisactiviteiten. Het IMA bleef tot juni 2022 de gegevens omtrent ziekenhuisopnames vergelijken, om de impact van deze maatregelen te evalueren.

Naast COVID-19 zijn er nog andere elementen die sinds 2020 een invloed kunnen hebben op het aantal klassieke ziekenhuisopnames, zoals de ontwikkeling van alternatieven (dagopnames en andere), ziekenhuisherstructureringen, etc. Het opvolgen van het aantal klassieke ziekenhuisopnames als indicator van het effect van de maatregelen tegen COVID-19 is minder relevant geworden. Om die reden is het IMA in juni 2022 gestopt met het bijwerken van deze gegevens.

Er zijn andere officiële bronnen die hieromtrent informatie geven :